Frambozen zijn er in zomer- en herfstvariëteiten. De zomersoorten geven hun vruchten in juni-juli. Het handigst is het om eerst een hekwerk te maken waar de jonge takken tegenaan gebonden kunnen worden. Na de dracht moeten de takken die “gedragen” hebben, allemaal bij de grond weggeknipt worden. De plant loopt in de zomer vanuit de grond uit en selecteer dan de mooiste en dikste takken en bindt deze met een tussenruimte van 20-25 cm aan het hekwerk en knip de rest steeds weg. Volgende zomer is de plant er weer klaar voor en begint alles weer opnieuw. Gooi regelmatig wat compost bij de planten, zij houden ervan als de grond enigszins bedekt is.
Herfstframbozen worden anders behandeld. In december-januari worden alle takken van de herfstframboos bij de grond weggeknipt. In het voorjaar lopen de struiken uit en zullen van augustus tot oktober, mits het “zacht” weer is en droog (!) hun vruchten geven.