Zwarte bes/ rode bes/ kruisbes

Zwarte- en rode en kruisbessenstruiken geven hun vruchten in mei en juni. Kruisbessen geven hun vruchten in juli en augustus. Zwarte en rode bessenstruiken worden ongeveer 1m-1m.50 hoog en worden ongeveer 80 cm breed. Kruisbes wordt ongeveer 80 cm hoog. Er zijn van de rode bessen soorten die ook later hun vruchten geven. Met betrekking tot de oogst is dit wel fijn, dan komt niet alles tegelijk. Zwarte en rode bessen kunnen makkelijk ingevroren worden; wassen en verpakken. Of de rode bessen opkoken met wat suiker en gebruiken over een eigengemaakt griesmeelpuddinkje. Met snoei kun je de struik compact houden als dat gewenst is. Zodra de bessen geoogst zijn, kun je de struik snoeien. Knip de oudste, kruisende en dikste takken weg en zorg dat er voldoende licht in de struik kan komen. Na de snoei kan de struik zich weer herstellen en wederom vruchthout maken waar volgend jaar weer de bessen aan zullen komen.

Citroenverveine

Citroenverveine is een niet geheel winterharde plant. Zet de plant daarom in een grote pot en geef deze een zonnige standplaats. De blaadjes hebben een sterke, maar toch subtiele citroengeur. Een fijne smaak voor in de thee. Zodra de nachttemperaturen dalen, zet dan de pot op een koele, maar vorstvrije plaats. In een kasje bijvoorbeeld of een andere koele lichte ruimte.

Citroenmelisse

citroenmelisse
Citroenmelisse

Citroenmelisse geeft in het voorjaar het lekkerste blad. De bloei in de zomer stelt niet zo veel voor, maar het is raadzaam direct na de bloei de plant direct voor driekwart terug te snoeien. Zoals zo vaak bij dit soort bladplanten, zal de plant wederom uit gaan lopen met een lekker aromatisch blad. Gebruik de blaadjes vers voor in een thee of mix met andere kruiden en het aromatische blad van de zwarte bes. Deze blaadjes kunnen ook goed ingevroren worden om een voorraadje aan te leggen voor de winter. Zodra de vorst in het land is, zal de plant afsterven om vervolgens in het voorjaar weer krachtig uit te lopen.

Salie

Salvia officinalis purpuracens ofwel de paarse salie
Salvia officinalis purpuracens

Salvia officinalis ofwel salie, is er in een groene en in een paarse versie, de purpuracens.
Een struikje dat in zijn geheel niet misstaat in een siertuin. De plant blijft ook in de winter groen, of paars natuurlijk, en is bij keelpijn in de winter ook te gebruiken om thee van te zetten. In mei en juni zal de plant mooie blauwe bloemen geven, wederom veel bezocht door bijen en hommels. Snoei de plant na de bloei voor meer dan de helft weg. Jonge, nieuwe bladeren, vol smaak, zullen aan de struik komen en zal de plant weer bloemknoppen maken voor het volgende jaar.     

Munt

Munt

Munt, de echte Marokkaanse, is een plant die echt regelmatig moet worden gebruikt. Indien je deze plant zijn gang laat gaan en hij het erg naar de zin heeft, zullen de uitlopers over enkele meters verspreid door de tuin gaan… in een grote pot zetten voorkomt dit, maar zorg wel steeds weer voor nieuwe aanwas in andere potten. Zo blijf je verzekerd van voldoende blaadjes voor thee en desserts (of een mojiito!) De plant sterft in de winter af en zal in het vroege voorjaar weer uitlopen. Heb je een kas? Zet dan een klein polletje munt in een hoekje. Dan heb je vroeg in het voorjaar al weer aanwas van nieuwe blaadjes. In het voorjaar de planten die in een pot staan, doormidden scheuren en voorzien van nieuwe aarde. De munt gaat dan wederom uitlopen en zullen er weer lekkere verse groene blaadjes verschijnen, klaar voor gebruik.

Daslook

bloeiende daslook
Bloeiende daslook

Daslook oftewel Allium ursinum- is een bolgewas dat in het vroege voorjaar boven de grond komt en een blad dat een zachte uiensmaak heeft. De blaadjes kunnen dan geoogst worden. Rol ze op en snij ze in fijne reepjes. Later in april en mei verschijnen de bloemen, daarna zal het bolgewas nagenoeg afsterven en zich weer opmaken voor een grandioze opkomst in februari en maart.  Net als bij zoveel andere kruiden, zijn hommels en bijen ware liefhebbers van kruiden; wie eigenlijk niet…! In oude bossen zijn er in het vroege voorjaar hele velden vol met daslook te bewonderen, wie dit ooit gezien heeft zal dit nooit vergeten. Nu binnen handbereik voor in de eigen tuin.

Lavas

Lavas of maggikruid
Lavas

Lavas staat bekend als maggikruid en voor een soepmaker onontbeerlijk. Een bosje Lavas mee laten te trekken in een bouillon is aan te raden. De plant is een flinke groeier en daarom raadzaam de plant jaarlijks te halveren, ook om de groei er goed in te houden en de plant op “smaak” te laten blijven. In een ragout of pasta met paddestoelen geeft Lavas een fijne smaak af. Doe wat gewassen Lavas in een zakje en vries in. De ingevroren kruiden voor gebruik kneuzen en strooi bevroren in een gerecht. Knippen hoeft niet; de vorst doet zijn werk.    

Bieslook

knoflook bieslook
Knoflook Bieslook

Bieslook en knoflook-bieslook sterft in de winter af. In het voorjaar gaat de plant uitlopen en hebben de “blaadjes” een lekkere uiensmaak. De gewone bieslook -Allium schoenoprasum- heeft holle “blaadjes”, het zijn net kleine rietjes met veel smaak. Knoflook-bieslook – Allium tuberosum- heeft platte blaadjes en smaakt zoals de naam al aangeeft, naar knoflook. Deze bieslooksoorten hebben in het voorjaar, nog voor de bloei, de meeste smaak. Om wat van deze smaken te bewaren, kun je deze loken fijnknippen en verpakken in een diepvrieszakje voor latere (koude) tijden als de plant in de winter is afgestorven. In mei zullen de bieslook en knoflook-bieslook bloeien, de bloemen zijn eetbaar en staan ook heel leuk in een klein boeketje. Na de bloei, op enkele centimeters na, alles wegknippen. De “rietjes” zijn dan bruin en lelijker geworden. De planten gaan weer uitlopen en er kan weer naar hartenlust geknipt worden totdat de vorst er een einde aanmaakt.   

Oregano

Oregano

Oregano sterft in de winter nagenoeg af. Voor de meeste kruiden geldt wel dat een zonnige, droge plek de voorkeur heeft. In april en mei gaat de plant uitlopen en hebben de blaadjes de meeste smaak. Oogst en droog wat takjes voor gebruik later in het jaar. Eind mei en juni zal de plant gaan bloeien en dat geeft een waar feest voor de bijen. Snoei na de bloei de plant weer voor de helft terug. Deze zal dan weer snel gaan uitlopen en kun je weer naar hartenlust oogsten.   

Rozemarijn

Rozemarijn is niet helemaal winterhard, dat houdt in dat deze bij strenge winters enigszins beschermt dient te worden. Zet daarom een rozemarijn in een mooie grote pot, waar het overtollige water makkelijk uit weg kan lopen. Leg wat potscherven onderin de pot en strooi daar goede aarde op. “Goede Aarde” is wat mij betreft grond uit je eigen tuin, verrijkt met eigengemaakte compost en gecomposteerde bladeren uit eigen tuin. Zo weet je in ieder geval dat de grond “goed” is. Na de bloei kun je, indien nodig, enkele takken vanuit de basis wegknippen. Om een mooie vorm te behouden kun je lelijke takken wegknippen en oogst vooral wat takken om te gebruiken bij aardappeltjes uit de oven…